ARTEMIS 9e week reis 2016 (week 23)
Maandag 6 juni.
Vandaag blijven de sluizen dicht en is de passage over de Garonne nog niet mogelijk. Hoe het morgen is weten ze nog niet. Dat betekent dat we niet alvast een stukje terug kunnen varen en in geen geval vóór donderdag over kunnen steken. Zoonlief gebeld en gefeliciteerd met zijn verjaardag. We lummelen in de ochtend wat aan met kleine klusjes. Er is volop zon en Sanne heeft last van de warmte. In de middag raakt het bewolkt en maken we samen de bakken van de boordlichten schoon; veel alg en losse verf. Is in het verleden klaarblijkelijk gewoon zwarte lak opgezet zonder adequate voorbehandeling. Omdat het lastig helemaal vlak te schuren is gebruiken we een middel dat ik jaren geleden gekocht heb om het berghout mee te behandelen en waardoor de verf beter hecht zonder schuren. In de avond lijkt een forse onweersbui los te barsten, maar na een uurtje stevig regenen is het weer voorbij . Maar het water is wel weer een paar cm gestegen.
Dinsdag 7 juni.
Zwaar bewolkt, 30% kans op regen. We durven het niet aan om de lichtbakken af te lakken. Overleg met de sluiswachters en de Garonne-loodsen levert op dat de sluizen op de Lot morgen weer bediend worden en de oversteek van de Garonne vanaf donderdag weer mogelijk zal zijn. We besluiten daarom morgen terug te varen naar Clairac en dan vrijdag de oversteek te maken. Gezien de verwachte regen is het heel wel mogelijk dat de Garonne maar 2 dagen ‘open’ is. In de middag klaart het op en we nemen de gok om de lichtbakken af te lakken. We betalen het havengeld en steken de rivier weer over omdat we aan de andere kant af kunnen meren naast de waterkraan en dus niet allerlei slangen uit hoeven te leggen. Tussen haakjes: Penne d’Agenais heeft een uiterst hulpvaardige en vriendelijk havenmeesteres die met begrip het havengeld aanpast aan de omstandigheden. Boodschappen gedaan en genoten van een prachtige avond.
Woensdag 8 juni.
Vaartijd 6 uur, 2 sluizen, 50 km.
Aanvankelijk hangt er een dichte mist over de rivier. Maar tegen negenen klaart het op en verschijnt de zon. We varen met meer dan de toegestane 10 km de rivier weer af, maar daar kunnen we weinig aan doen omdat we een forse stroom mee hebben. Het blijft een beetje lastig varen omdat er nog steeds zoveel drijfhout in het water ‘meevaart’. Bij Villeneuve s’Lot de sluis heel voorzichtig genomen, vanwege en tegelijk met een enorme vracht hout. De CarolyN ligt nog steeds op de buitenkade van Port Lalande. Gil en Mike gebaren driftig dat we langszij moeten komen, maar hoe aanlokkelijk ook een gezellige avond met hen is, het vergroot het risico dat we niet vóór het weekend van de Lot af zijn en dat willen we niet. Even later blijkt ons grote gelijk: als we nota bene al in de sluis van Castelmoron liggen horen we het alarm van de stuw en wil de sluiswachter eigenlijk ons niet afschutten. Hij vraagt of ik meekom en naar de stuw wil kijken die juist gestreken wordt. Een enorme watermassa dondert naar beneden en veroorzaakt direct een zware stroomversnelling onder de sluis. Ik toon mij niet onder de indruk en gelukkig besluit hij ons door te laten. Het was wel even spannend toen we de sluis uit kwamen en een krachtige zijstroom de baas moesten blijven, maar na 2 km werd het wat rustiger en een goed uur later meerden we af (15 km verderop) in Clairac. Geen boot aan de kade overigens. Maar….., het water blijft stijgen. Het wordt steeds duidelijker dat de getrokken stuwen in de Lot plus de toenemende regenkansen de kans op een passage van de Garonne niet doen toenemen. Morgenvroeg maar even de ‘pilots’ bellen hoe het er voor staat. Samen met Sanne de situatie bij het sluisje van Clairac wezen bekijken: zowel onder als boven de sluis zijn de aanlegmogelijkheden zeer beperkt en sterk onder invloed van het aanstormende water. We besluiten dat het kan, of liever dat wij het kunnen. In de avond nog lang buiten gezeten. Om 2 uur ’s nachts stel ik vast dat het water niet verder stijgt en dat het hogere deel van de kade, waaraan wij liggen, niet onder water zal gaan. Dus ga ik met een gerust hart onder zeil.
Donderdag 9 juni.
Vaartijd: 3uur 45 min., 5 sluizen, 21 km.
Om 7 uur alweer wordt ik wakker van een hels lawaai. Blijkt dat 2 gemeentewerkers van Clairac met een pomp en een aggregaat begonnen zijn de kade schoon te spuiten. Wij zijn vooraf niet gewaarschuwd en als we nu niet als de donder maken dat we verkassen kunnen we rekenen op een schip dat onder de modder zal komen. Ze steken bij dat verkassen ook geen poot uit. Op ons commentaar op een en ander antwoorden zij slechts met: wij hebben opdracht de kade schoon te spuiten, dat zijn onze orders. Waar doet me dat toch aan denken? Als ik even daarna de ‘pilots’ bel: we nemen alleen vanochtend nog boten aan voor de overtocht, maar als jullie opschieten zijn jullie net op tijd in Nicole voor de laatste rit van vandaag. We maken direct los. Sanne gaat te voet naar de sluis om die gereed te maken, zodat ik direct kan invaren en we daarvoor niet eerst aan hoeven te leggen aan dat pokkensteigertje met de stroom achterop. Timing is perfect, ik kan zo invaren. Daarna met een stevig vaartje naar de sluis van Aiguillon waar we alle geluk van de wereld hebben want er komt net een schip uit de sluis en we kunnen dus zó invaren. Dan nog 3 km door de canalette (een supersmal en bochtig minikanaaltje), niet weinig gehinderd door overhangende takken en allerlei drijfhout. Precies om 11 uur zijn we bij de toegangssluis tot de Garonne waar de ‘pilots’ al op ons staan te wachten. Op hun vraag hoeveel pk de motor van ons schip heeft antwoord ik uit voorzichtigheid: 80 pk (officieel is het 89 pk). De loods zegt resoluut dat dat helaas niet genoeg is. Na enig overleg besluiten ze het loodsbootje (voorzien van 2 buitenboordmotoren van elk 50 pk) achteraan opzij van de Artemis te koppelen en daarmee gaan we dan de oversteek maken. Ze hebben duidelijk geen zin om eerst de veel zwaardere sleepboot op te gaan halen, want dat gaat veel extra tijd kosten. En met 80 pk van onszelf en zo nodig gesteund door het loodsbootje moet het gaan.
En dat lukt dus ook. Hoe nuttig of liever noodzakelijk loodsen zijn, blijkt even later als de loods aan boord zegt dat ik tussen 2 groene boeien moet sturen in plaats van tussen de rode en groene: ze hebben vanochtend vastgesteld dat enkele boeien door de zware stroom niet meer op de juiste plekken liggen; bovendien worden sommige tonnen onder water getrokken en dat maakt de oriëntatie er niet makkelijker op. Eerlijk is eerlijk, ik was blij met de aangekoppelde loodsboot: een slingerend parcours met een tegenstroom van 12 km/uur is niet niks. Roer geven met zoveel stroom is sowieso al niet makkelijk en een boot die steeds aan één kant aan het achterschip trekt maakt het nog moeilijker. Uiteindelijk hadden we 50 minuten nodig voor een stukje van 5 km. Ik heb niet vol gas gevaren, ruim 1700 toeren, wetend dat het maximum van 2000 toeren nauwelijks winst oplevert (en wel dubbel zoveel brandstof kost). Eén km voor het einde van de oversteek maakt het ‘duwbootje’ los en kon ik op eigen kracht naar de toegangssluis varen, wat nog best lastig is omdat de steigers tussen de palen naar de ingang ruim onder water stonden. En toen lagen we in de sluis van de Baíse en verstomde alle geweld. De loodsen namen afscheid en gingen naar huis en wij voeren nog een half uurtje de Baíse op, namen het sluisje vlak vóór Buzet en waren uiterst happy dat de kleine kade daar net voorbij helemaal vrij was. We meerden af, namen een extra oorlam en genoten van de rust en de stilte, een sterk gesluierde hemel en lekker warm weer. Zou het eindelijk zomer worden?
Vrijdag 10 juni.
Sanne haalt brood in het dorp. Het is bewolkt en vrijwel windstil. De rivier stoomt maar heel weinig. Even het plekje op de voorkant (gelukkig op het berghout) waar de loodsboot ons gisteren aantikte, bijgewerkt en nog voor we bedacht hebben waarheen vandaag, wordt die beslissing al voor ons genomen. Het begint te regenen, soms een beetje, dan weer keihard met soms een donderklap. Dus blijven we liggen en vermaken ons met de escapades van een huurboot die maar niet aan het af-/opstapsteigertje van de sluis kan komen (door een combinatie van stroom, wind en vooral onkunde) en na een aantal vergeefse pogingen rechtsomkeer maakt. We hebben hem niet meer gezien. We besluiten, ook al is dit nog zo’n heerlijke plek, om morgen naar Villeton te gaan. Bij het alsmaar zwaar bewolkte weer kunnen de zonnepanelen het stroomverbruik onvoldoende compenseren en dus moeten we na verloop van tijd een beetje stroom kunnen laden.
Zaterdag 11 juni.
Vaartijd: 2uur 25 min., 4 sluizen en 13 km.
Opnieuw somber weer, ook al fluiten de vogels al vanaf 5 uur de dag vrolijk tegemoet. Sanne haalt boodschappen, daarna ga ik naar de capitainerie van de haven van Buzet (100 meter om de hoek) om allerlei computerzaken even weer bij de tijd te brengen. Wifi is aan de Lot een volledig onbekend begrip op de diverse aanlegplekken en Windows en aanverwante zaken vragen voortdurend om updates. Als ik dat via de telefoon moet doen ben ik in de kortste keren door mijn quotum aan MB’s heen. Sanne vermaakt zich ondertussen met een eekhoorntje dat zeer geïnteresseerd is in een oude Hollandse tjalk. We vertrekken en varen op ons dooie akkertje naar Villeton. Onderweg komen we een stuk of vijf bootjes tegen, meer dan we in een hele week op de Lot hebben gezien. Er is gelukkig nog ruim plaats, ook al is het aantal ’wrakken’ verdubbeld, van 2 naar 4. Wanneer ruimen de Fransen die zooi nou eens op! Op het terrein tegenover de haven, waar normaal altijd wel een paar campers staan, blijkt een ‘vide grenier’ aan de gang te zijn, veel muziek en weinig publiek. Neemt niet weg dat de frites-boer om 14 uur al is uitverkocht en daar had ik nu net zo’n zin in. Het weer is iets aan de beterende hand. We besluiten om te gokken, we zijn die wintertent al een poosje meer dan zat. Dus de tent schoon en droog gemaakt en ingepakt en diep in het ruim weggestopt. Daarna het zomertentje erop. Het lijkt direct al een stuk meer zomer. Zeker met een lekkere pizza en een goed glas wijn in de open stuurhut.
Zondag 12 juni.
Als de zon opkomt en dat zomerdekje ziet is het meteen gedaan met de pret. Om 6 uur slaat zelfs de kachel automatisch aan (temperatuur binnen < 15 graden), vergeten gisteren af te schakelen. Zwaarbewolkt, maar het regent niet en dat is al heel wat. Dus weer een aantal kleine klusje gedaan en één grote, n.l. dit logboek van de hele week geschreven. Daar was nog geen dag iets van terecht gekomen. We hadden vandaag graag bij de Belg willen eten, een fantastisch restaurant, hier ongeveer 500 mtr. vandaan aan de sluis. Maar helaas, helemaal volgeboekt. Maandag en dinsdag gesloten, dus maar geboekt voor woensdagavond. Een uitstekende reden om hier nog een paar dagen te blijven liggen.