<!– @page { margin: 2.54cm } P { margin-bottom: 0.21cm } A:link { so-language: zxx } –>

REIS 2010

Dinsdag 1 juni tot en met maandag 14 juni

Dinsdag 1 juni. Het blijft erg hard waaien, dus we besluiten om nog maar een extra dagje in Carcassonne te blijven liggen. Bovendien hebben we niet zo veel zin om te varen, onze gedachten zijn vandaag elders.

Woensdagochtend vertrekken we bijtijds richting Castelnaudary. Onze ‘vaste’ plek bij Sauzens slaan we dit keer maar over, ook omdat deze overigens prima aanlegplek (wel water, geen stroom) het predicaat ‘priorité au bateaux passagers’ heeft gekregen en we geen zin hebben in het risico later op de dag te moeten verkassen. Al vóór Bram komen we ineens achter de Marie Helène van D&A te zitten en daarmee is de snelheid er behoorlijk uit. Regelmatig laat ik het schip uitdrijven om te voorkomen dat we te dicht achterop komen. Maar 2 sluizen verder houden zij het voor gezien en gaan aan de kant. Wij gaan door naar onze ‘oude’ plek bij Villepinte. Vlak daarvoor, bij de brug is een pick-nick plaats met een kleine kade en daar ligt de Evolutie. We besluiten dat het beloofde biertje later zeker nog zal komen en varen nog een km door naar ons eigen plekje bij de witte paaltjes, daar geplaatst door een vlak daarbij wonende boer om de aandacht te vestigen op zijn wijn en andere produits regionaux.

Villepinte, onze favoriete plek

Villepinte, onze favoriete plek

Het is er, afgezien van de vele vogels en kikkers, heerlijk stil; overdag zijn er wat fietsers en wandelaars en zo nu en dan een voorbijstormende huurpraam, maar verder zijn we alleen met ons bootje. En het is zowaar nog mooi weer ook. De volgende (donder)dag en vrijdagochtend blijven we lekker liggen en genieten van het aangename zonnetje. Halverwege de vrijdagmiddag gooien we los om een stukje verder te varen, zodat we niet op zaterdag nog alle 15 sluizen naar Castenaudary voor de boeg hebben: we willen daar het weekend liggen met stroom en water om de wasmachine weer eens flink te laten werken. Op het moment van losgooien komt de Evolutie om de hoek en neemt meteen onze plek in. Hun aanlegplaats bij de brug was minder rustig dan gehoopt. Wij meren 2 uur later en 5 sluizen verder af boven de écluse St. Sernin aan een krap diep genoeg kantje.

Zaterdagochtend (5 juni) nemen we in hoog tempo de laatste 10 sluizen naar Castelnaudary en liggen tegen lunchtijd vast in de haven. Helaas blijkt de capitainerie net dit weekend gesloten, maar zonder geluk vaart niemand wel: de eerste de beste stroomaansluiting die ik probeer blijkt toch open te staan, dus stroom genoeg en Sanne aan de was. En nog meer geluk, een flinke opklaring met veel wind, dus 3 uur later ligt alles weer droog in de kast of op bed. Die avond drinken we een genoeglijk glas wijn bij onze Duitse achterburen op hun huurboot, die we die middag met veel moeite achter ons aan de kant gekregen (=gepraat) hadden; iedere keer als ze er bijna waren gaf de man weer vol gas achteruit en dat schiet niet op.

Zondag 6 juni. Bewolkt en buien. Zoonlief gebeld, is jarig vandaag. Hij blijkt ook op het water te zijn, zeilend op het Pikmeer, maar daar is het wel mooi weer! s’Avonds heerlijk gegeten, restaurant de Gondolier, een aanrader (wisten we trouwens al).

Maandag 7 juni. Redelijk zonnig weer, Sanne draait eerst nog gauw een was, we tanken water, rekenen af bij de capitainerie en varen nog net op tijd weg om 2 sluizen te halen vóór de middagpauze, want daar net voorbij is een mooie kade vlak bij Le Mas Saintes Puelles. Volgens de overlevering zo geheten vanwege twee vluchtende weeskinderen, die in dit dorp het lichaam van de martelaar Saint Saturnin in veilgheid brachten (rond 250 na Christus). Een onduidelijke geschiedenis.

Aanvankelijk meer ik af aan het einde van de kade, kort achter een huurboot, waarvan de Australische bemanning op de wal van een uitgebreide lunch geniet: koffie met likeur en chocolade toe. Nadat zij vertrokken zijn verhaal ik het schip naar het andere eind van de kade om optimaal van de zon te profiteren (de zonnepanelen) en te genieten (wijzelf).

Gebroken roerkabel

Gebroken roerkabel

Tenslotte draai ik het roer naar de kant van de wal (minder last van inlopende golven), maar dan ploseling een flinke knal. Daarna: het stuurwiel draait maar het roer doet niets: roerkabel spontaan gebroken. Zomaar, plotseling, geen enkele aanwijsbare oorzaak. Natuurlijk hebben we de pest in, maar wat een geluk dat dit niet gebeurt bij het manouvreren in een sluis of een lastige aanleg manouvre tussen een stel tupperware bootjes. We hebben wel een noodroer, maar voor ik dat uit het vooronder en op z’n plek heb ben je wel een kwartier verder. Hoe vervelend ook, het kon nauwelijks op een betere plek gebeuren. Morgen aan het werk dus. s’Avonds nog urenlang geprobeerd in de logboeken terug te vinden wanneer de kabels voor het laatst vervangen waren: we komen uit op 1994 in Verdun, maar dat lijkt wel erg lang geleden.

Doorkijkje naar Le Mas Saintes Puelles

Doorkijkje naar Le Mas Saintes Puelles

Dinsdagochtend miezert het stevig en ik ga op de fiets naar Castelnaudary om nieuwe kabels te kopen. Na 3 uur zoeken en 2 keer de hele stad doorkruist te hebben is het raak bij het laatst mogelijke adres en koop ik 2 stukken 6mm staaldraad, totaal 13,5 meter (voor € 20,84). Volgens mij heeft de man zich flink verrekend.

Om 15 uur terug bij de boot en om 19.15 uur is de gebroken kabel vervangen. Wel een enorme pestklus, vooral het hangend op/aan het achterdekje (in de regen!) bevestigen van de kabel aan het roer. Maar we zijn nog steeds blij dat het op zo’n gelukkig moment gebeurd is. Het had heel anders kunnen gaan.

Woensdag de kabel van de andere kant vervangen. Als 1 van de 2 kabels breekt vertrouw je de andere ook niet meer. Vandaag ging het lang niet zo vlot als gisteren, de nieuwe kabel blijkt voor 2 katrollen aan de dikke kant (6 mm i.p.v. 5). En 6 mm staaldraad in korte bochten buigen valt niet mee als je dat liggend over 3 accu’s in het donker moet doen. Uiteindelijk in de late namiddag is de klus geklaard. Dat ging ons 16 jaar geleden toch wat makkelijker af. Tevreden maar wel allebei met diverse pijntjes in de oude lijven gaan we ter kooi.

Donderdag 10 juni. Prachtig weer. Sanne fietst weer terug naar Castelnaudary voor de boodschappen en we genieten van een heerlijk zonnetje. Ik probeer voor de zoveelste keer de douchekop te repareren maar dat lukt nu echt niet meer. Ook maar vervangen dus.

Eeuwen oude voerplek voor de paarden. Nog maar bij een enkele sluis te vinden.

Eeuwen oude voerplek voor de paarden. Nog maar bij een enkele sluis te vinden.

Vrijdag, na een prachtige ochtend doemt de Evolutie achter ons op en meert voor ons af. Helaas meent de zon nu schuil te moeten gaan achter soms bijna zwarte wolken en start een regen- en onweer periode met veel zware buien en maar heel af en toe een droog uurtje. Maar goed, lekker kletsen en borrelen gaat binnen in de kajuit ook prima, ditmaal weer bij B&J aan boord. Misschien moeten wij toch ook maar eens nadenken of we niet tussen de middag gaan warm eten, wat bijna al onze vaarvrienden hier doen. Want het borreluurtje loopt vaak uit en dan moeten wij (Sanne dus) nog koken, zodat we pas tegen tienen aan de maaltijd gaan.

Zaterdag weinig te melden. In de ochtend lichte regen, tijdens de lunch even droog en in de namiddag begint weer een uren durend onweer.

Zondag hetzelfde weerbeeld. Van de opklaring net na het middaguur maken we gebruik om naar Le Segala te fietsen om te kijken of daar aan de kade (met stroom en water) nog een plek vrij is. Het fietsen langs het kanaal leek echter meer op het WK veldrijden. De slagregens van de afgelopen dagen hadden van het pad een vrijwel onbegaanbaar baggerzooitje gemaakt met als gevolg doorslippende wielen en niet werkende remmen. Op een gegeven moment slip ik weg, kon dus niet remmen en duik bijna voorover het kanaal in. Met meer geluk dan wijsheid bleef ik nog net op de kant liggen, de fiets zat tot aan het stuur in het water. Het zou een geweldig slapstick filmpje zijn geweest, maar dat is, jammer voor jullie, niet gemaakt. Tijdens het borreluur, dit keer weer bij ons aan boord, krijgen we het zoveelste onweer over ons heen. Daarna regent het de hele nacht gestaag door.

Maandag 14 juni. We vertrekken vroeg naar Le Segala, want door al dat slechte weer kunnen onze zonnepanelen onvoldoende capaciteit leveren om de vraag bij te houden. Ook alle oplaadbare apparatuur is leeg of vrijwel leeg, dus of varen of aan de stroom. Een walaansluiting heeft dan sterk de voorkeur, omdat onze oude omvormer wel 230 V levert, maar met een blokcurve en geen sinuscurve, wat inhoudt dat veel moderne apparatuur daar slecht mee geladen kan worden of zelfs door kapot gaat.

Het regent onophoudelijk en meestentijds hard. Ik heb kennelijk gisteren bij die valpartij toch iets in mijn rug verdraaid en dat doet behoorlijk zeer. Het koude natte weer werkt natuurlijk ook niet mee. Daar wordt niemand vrolijk van. Sanne krijgt zelfs ruzie met een sluiswachter, toen ze mopperde dat hij ons 20 minuten liet wachten. De man vond dat je met dit weer niet van hem kon verwachten dat hij regelmatig keek of er een schip aankwam en dat ze dan maar harder op de deur had moeten bonzen (waarachter hij lag te pitten!). Nou ja.

Tijdwinst? In feite zijn dit 3 gekoppelde sluizen.

Tijdwinst? In feite zijn dit 3 gekoppelde sluizen.

Maar goed, na 5 km en 6 sluizen leggen we om 12 uur aan in Segala, sluiten de stroom aan (€ 2,-/nacht) en komen verder niet meer buiten. Het blijft onophoudelijk plenzen. Gelukkig staat de wintertent er nog steeds op en doet de kachel het ook nog prima. Half juni, zuid-Frankrijk. Toch leuk!