Het is al eens eerder vermeld, door op een foto te klikken wordt die sterk vergroot en meestal aanzienlijk beter van kwaliteit. Klik daarna op het pijltje om een pagina terug te gaan en je zit weer in het verslag.
Zaterdag 29 augustus.
Covid rukt op westwaarts, maar het is nu niet meer mogelijk om de afspraak in Toulouse af te zeggen. Het risico van opnieuw een gebroken as is te groot. Zolang we op het schip zijn is het risico aanvaardbaar. Eigenlijk is het schip een ideale quarantaine plek, maar ja, proviand moet zo nu en dan toch ingeslagen worden. Het heeft vannacht kennelijk wat geregend, maar we hebben niets gemerkt. Nu dus toch even de dekken zwabberen. Daarna werk ik het blog van de afgelopen weken bij, Sanne gaat een poosje wandelen langs het kanaal. Het blog kost me verder de hele middag, samen met Sanne de foto’s er voor uitgezocht en geprepareerd en daarna alles gepost.
Zondag 30 augustus.
Sanne zet de wasmachine aan het werk en haalt brood (bijna een uur lopen), maar ze beweegt graag. Het is behoorlijk fris met een kille (of liever koude) en stevige Noorden wind recht achterop. We blijven bijna de hele dag binnen. Soms tussen de buien even buiten. In de avond blijkt de was nog steeds niet droog en halen we het spul maar naar binnen, geeft wel een troep in de kajuit. Rond 18.30 arriveert zowaar een Frans zeiljacht en meert achter ons af. De tweede overnachting op deze plek sinds een week.
Ondanks de perfecte uitleg bij de distributeur komen ze er niet uit en moet een Hollander ze uitleggen wat ze moeten doen alvorens ze de stroom kunnen aansluiten. Lezen is voor sommige Fransen al net zo moeilijk als varen voor bijna allen. We maken een planning voor de komende dagen voor de tocht naar Toulouse. We reserveren een plek in de haven Saint Sauveur. Geen plek waar ge graag liggen vanwege het gigantische verkeerslawaai, maar het kan moeilijk anders omdat we op maandagochtend al om 8 uur ons bij de passerelle voor de VNF haven moeten melden.
Maandag 31 augustus.
We verhalen het schip om bij het stroompaaltje van de achterburen te kunnen: die vertrekken namelijk al om 9 uur, maar je koopt stroom voor 24 uur, dus hebben we nu ruim 10 uur gratis stroom en water. Ons bent zunige Hollanders nietwaar? Sanne poetst de boot van binnen en ik stel de dakramen af op de voor- c.q. najaar-stand, na overigens de meeste platanen spikkels rondom die raampjes verwijderd te hebben, wat dit jaar moeilijker gaat dan andere jaren. Het bijschilderen laat ik natuurlijk aan Sanne over. De wind is gaan liggen en we kunnen weer buiten eten.
Dinsdag 1 september.
Op tijd op, het is best fris (=koud) binnenboord, 17 °C. Dekken gepoetst, daarna ontbeten. Dan zien we plotseling het rode lampje van de zwart-water-tank aanspringen, terwijl dat vlak daarvoor nog op groen stond. De gele stand is om onduidelijke reden overgeslagen. We besluiten om onmiddellijk de tank leeg te pompen, controleren alles en vinden geen enkel probleem. Had daarna natuurlijk nu de lege tank moeten ijken maar helaas vergeten. Volgende keer dan maar. Dus later vertrokken dan gepland. De sluistrap bij Montech snel genomen en afgemeerd bij de stenen kade even vóór de jachthaven. Omdat de motortemp weer iets aan de hoge kant is heb ik bedacht om een deel van de koelvloeistof af te tappen en te vervangen door nieuwe koelvloeistof. Sanne fietste naar de Intermarché en haalt 2×5 liter koelvloeistof. We hevelen bijna 10 liter vloeistof af uit het reservoir en vullen dat weer aan met de nieuwe vloeistof. Uit voorzorg haalt ze nog een keer 10 liter. We zien wel of deze methode effect heeft. Na het eten lopen we een ommetje langs de haven en omgeving. Om 21 uur is het al aardig donker, we zitten nog een poosje buiten, nemen een afzakkertje en dan bijtijds naar bed.
Woensdag 2 september.
Na een onrustige nacht, er is erg veel zwaar vrachtverkeer op de weg tegenover onze aanlegplek, gaat Sanne op de fiets naar de Lidl om wat wijn te kopen, het is weer de jaarlijkse Foire au Vin. Helaas is niet alles wat we graag wilden hebben binnen gekomen. Het afrekenen duurt eindeloos, omdat van elke doos alle flessen uitgepakt moeten worden en apart gescand. En vrijwel iedereen heeft wel een paar dozen gekocht! Ondertussen heb ik het schip een grote poetsbeurt gegeven. Dus een laat ontbijt. Daarna vertrekken we om 40 minuten later af te meren aan de steiger boven de sluis van La Vache. Een prima plek, waar we al jaren 1 á 2 nachten liggen. Geen spoor van licht en oorverdovend stil, heerlijk.
Donderdag 3 september.
Koude nacht, 9° C. Dekken zijn kletsnat. Na zwabberen en ontbijt kalmpjes aan, 1100 toeren, 2 uur later meren we af in Grisolles. Het is even zoeken naar waar de bolders op deze plek liggen in het bijna manshoge gras, maar we vinden ze. Kennelijk ligt hier nooit meer iemand. De koelvloeistof-vervangingsactie van gisteren lijkt goed gewerkt te hebben, de motortemp is volstrekt normaal gebleven. Op straat steeds meer mensen met mondkapjes, het is duidelijk: we zijn nu in een ‘oranje zone’. Vanaf nu zullen we nog voorzichtiger moeten zijn. En verplicht in quarantaine als we onverhoopt naar huis zouden moeten. Het blijft overigens tamelijk warm, 26° C als we om 22 uur naar binnen gaan. Op zich geen onaardige plek om te liggen, maar er komen wel heel erg veel treinen voorbij. En veel voorzieningen zijn er niet.
Vrijdag 4 september.
Even voor tienen de lijnen los. Stralende zon, die het wel eens lastig maakt om de ‘perche’ en de sluisingang goed te zien, temeer daar voor elke sluis een behoorlijke zijstroming staat. Maar alles gaat goed en rond de middag meren we af vlak boven de sluis van Hers. Ondanks of liever dankzij de vrij krachtige oostenwind blijft het behoorlijk warm, zowel binnen als buiten ruim 32 graden. De aanlegmogelijkheid is voortreffelijk, maar er is wel erg veel verkeerslawaai: snelweg, departementale weg en spoorlijn lopen er op slechts enkele meters naast. Op tijd naar bed want morgen moeten we vroeg op: tussen hier en Toulouse is geen enkele fatsoenlijke aanlegmogelijkheid, maar wel een flinke afstand en 9 sluizen waarvan 2 dubbele.
Zaterdag 5 september.
Om 8.15 uur de motor gestart en op weg. We doen kalmpjes aan, Sanne heeft best wel last van de warmte. Bij sluis 3 gaat het even mis, de perche gedraaid, het gele knipperlicht geeft aan dat we gesignaleerd zijn, daarna gaan de sluislichten op rood/groen, maar enkele seconden later weer op rood en verder gebeurt er niets. We zien wel dat er aan de bovenkant van de sluis ook een boot ligt te wachten. Na een poos komt er een VNF-er, die op sluis 4 nog met een collega stond te ouwe deuren en in de gaten kreeg dat er iets niet klopte. Hij regelt de zaak, laat de leegstaande sluis vol lopen, de tegenligger passeren, waarna wij de lege sluis in kunnen varen en opschutten. We varen rustig verder, zijn toch te laat voor de middagpauze op het Canal de Midi in Toulouse, denken we. Maar net als we vastgemaakt hebben vóór de sluis gaan de lichten op rood/groen, zodat we gewoon door kunnen. Vervolgens nog door de 2 rottige/lastige sluizen, verval 6 meter, geen adequate mogelijkheden om vast te maken en zo arriveren we om 3 uur bij de gereserveerde plek in de jachthaven, die nu ook meteen bomvol ligt. Hetzelfde probleem als overal, door de Covid-problematiek liggen er overal schepen waarvan de (meest buitenlandse) eigenaren niet aan boord kunnen of mogen komen, waardoor er nauwelijks plaats is voor passanten. Ik regel de zaken op de capitainerie. Daarna met Sanne naar de Lidl vlakbij om de wijnaanbiedingen en de nodige leeftocht in te slaan. De temperatuur binnenboord komt niet onder de 25 graden, op de kade aan de overkant raast het verkeer maar door. Lawaai, lawaai, lawaai.
Zondag 6 september.
Grauwe ochtend. Brood en broodjes gehaald. Boot van binnen en van buiten grondig schoongemaakt, je wilt toch een beetje netjes bij de werf aankomen nietwaar? Geld gepind bij een bank en de zaken voor morgenvroeg geregeld. We moeten om 8 uur voor de ingang van de werf zijn waar dan de passerelle wordt bediend die toegang geeft tot het bassin van de droogdokken. Die passerelle is altijd maar heel even open omdat die in een superdruk fiets- en wandelpad ligt en niet langer dan 1 á 2 minuten open mag zijn. We eten vanavond binnen omdat het in de stuurhut door de koude wind niet aangenaam verpozen is. De wekker gesteld op 7 uur, een glas wijn en op tijd op één oor.
Maandag 7 september.
De gebruikelijke procedure: om 7.45 uur gestart, 10 minuten later bij de passerelle en na ruim een half uur drijven voor de ingang komen eindelijk de VNF mensen om het fietspad af te zetten waarna het nog 5 minuten duurt voor we naar binnen kunnen. We worden naar een plek gedirigeerd, prima voor dat moment, maar onmogelijk voor een groot schip dat in het overdekte dok ligt om vanmiddag er uit te kunnen. We zullen wel zien hoe dat straks moet. Om 10 uur komt er iemand van de firma Eberspecher voor een controle van de kachel.
Hoewel de man zeer degelijk geïnformeerd was wat er moest gebeuren blijkt hij geen idee te hebben wat er met dat ding aan de hand is. Bijkomend probleem is dat ik hem dat ook niet kan demonstreren, omdat nu plotseling ook de pomp het niet meer doet. Vastgelopen door een half jaar stilstand? Om te voorkomen dat de man onverrichter zake weer verdwijnt, wordt de kachel door Serge vakkundig uitgebouwd en aan de “deskundige” meegegeven voor een uitgebreide inspectie op de zaak. Hij zal daarna bellen over hoe en wat. Wij horen dus niets die middag. Serge zou vanmiddag beginnen met de werkzaamheden aan onze motorinstallatie, maar door problemen met het schip in het droogdok komt hij daar niet meer aan toe. Het schip vertrekt daarom pas morgenvroeg. Ik maak me zorgen hoe wij ondertussen op een andere plek kunnen gaan liggen, maar Sanne heeft er alle vertrouwen in dat dat best gaat lukken en dat is dank zij haar perfecte hulp ook inderdaad het geval. Het bassin is overigens zo ondiep en vol met planten dat het schip nauwelijks achteruit te krijgen is, maar uiteindelijk komen we toch op de andere oever terecht. Tot 23 uur buiten gezeten, het is heel apart dat op deze plek midden in de stad tussen 2 spoorlijnen in het toch buitengewoon rustig is. Daarom wilden we ook beslist hier liggen en niet in de jachthaven. Het valt ons wel op dat hoewel in Toulouse het dragen van mondkapjes ook buiten op straat verplicht is, zoveel fietsers en hardlopers op het pad naast het kanaal zich hier niets van aantrekken.
Dinsdag 8 september. (Sanne wordt weer een jaartje ouder)
Ik ben al vroeg bezig met koffie en thee zetten, Sanne draait zich nog maar eens om. Maar even later vraag ik haar om ‘hulp’. Net aangekleed stapt ze naar buiten en vervolgens wordt ze door 4 jonge mannen luid toegezongen: Serge, Abdel, een jongere medewerker en ondergetekende. Ze ging er bijna van blozen. Even later komt uit het overdekte dok die hele grote bak en manoeuvreert zich zeer behoedzaam richting uitgang van het bassin. Vervolgens varen wij weer terug naar de plek van gisteren. Serge en zijn medewerkers zijn daarna tot na drie uur bezig met het uitnemen van de oude pythondrive, het losmaken van de keerkoppeling, het monteren van een nieuwe demperplaat, het plaatsen en monteren van nieuwe achterste motorsteunen etc. Vervolgens zijn ze een paar uren bezig met het stellen van de motor ten opzichte van de pythondrive. Met heel veel moeite lukt het ze om de motor en de pythondrive onder vrijwel de gewenste hoek te stellen, 2° aan weerszijden is het maximaal haalbare. Daarna eten we met z’n allen een stuk heerlijke vruchtentaart (birthday cake). Serge zal morgen terugkomen voor het boren van een extra werk-opening in de zwart water tank, zodat ik in de toekomst iets meer controle en behandel-mogelijkheden heb om de dikke laag aangekoekte shit uit de tank te verwijderen. Daarna machinekamer weer opgeruimd, gedouched en laat gegeten. Sanne heeft het vandaag ook best nog druk gehad met opnemen van de telefoon.
Woensdag 9 september.
Bewolkt, het druppelt wat. We blijven aan de kade bij het overdekte dok liggen, want wie weet gebeurt er nog wat ter zake van de kachel. Omstreeks 17 uur komt Serge melden dat de kachelboer met geen mogelijkheid achter de oorzaak van de storing kon komen en daarom het hele toestel maar opgestuurd heeft naar de importeur. Dat kan dus enige weken + enige duiten gaan kosten. Het is inmiddels te laat om af te rekenen met de VNF, het kantoor is al dicht. We besluiten om dan maar morgen met de VNF af te handelen en dan vrijdag terug te gaan varen. Serge boort nog wel even een extra inspectieluik in de zwart water tank.
Donderdag 10 september.
De vlag nog maar niet uitgehangen, maar wel weer een jaartje erbij voor schrijver dezes. Niet al te veel zon, aangename temperatuur. We verkassen naar de kade tussen dok 1 en 2 om water te tanken. Toevallig precies op tijd omdat de VNF aangevaren komt met een enorme bak die vakkundig afgemeerd wordt op de plek waar wij lagen. Rond 17 uur gaat het een poosje miezeren, we zorgen dat de was nog net droog binnen komt en verhuizen de Artemis naar de overkant van het bassin met de neus naar de uitgang, zodat we morgen om 8 uur niet eerst nog hoeven te draaien.
Met enige moeite krijg ik de rekening te pakken, met veel moeite ook het bankrekeningnummer. Als gebruikelijk was men er van uit gegaan dat ik per cheque zou betalen. Maar die tijd hebben wij reeds lang achter ons gelaten. Overigens moet ik dan later nog wel een mail sturen met een bewijs van betaling.
Vrijdag 11 september.
Om 8.10 uur de motor gestart en zowaar: om 8.15 exact gaat de passerelle open. Nog niet eerder meegemaakt! Dus liggen we 10 minuten voor de eerste sluis te dobberen, die pas om negen uur groen licht geeft. Vlotte schuttingen in de stad, maar alles wordt smerig van het vuile water, de glijstangen en de bolders. Op het lateraalkanaal gaan de eerste schuttingen langzaam omdat de sluizen verkeerd staan. Maar nadat we een tegenligger ontmoeten gaat het een stuk sneller, de sluizen staan nu vol. Na een verder rustige en zonnige dag meren we af bij sluis 10 (La Vache). Het valt overigens op dat de boot veel rustiger vaart, geen trillingen meer, binnen rammelt en/of trilt er eigenlijk niets meer en bij vooruit of achteruit schakelen is er geen enkel bijgeluid meer. Serge heeft duidelijk de zaken zeer goed afgesteld en ingeregeld. We genieten van de stilte na een week van lawaai, en eten laat buiten. In de avond koelt het wel sterk af: om 17 uur 32 graden, om 24 uur 22 graden.
Zaterdag 12 september.
Frisse zonnige ochtend. Sluis gepasseerd en weer aangelegd. Sanne op de fiets naar de winkels voor proviand voor de komende dagen (met temperaturen van omstreeks 35° C, dus veel koude maaltijden). We varen daarna op het kanaal van Montauban naar La Court St Pierre omdat we daar wel een paar dagen zouden willen liggen. Maar bij het soepzooitje wat daar aan de kade ligt willen we ons niet voegen. Dus snel gekeerd, terug naar Montech en daar stuurboord uit de sluistrap in, richting Escatelens. Juist op het goede moment want als we al half in de eerste sluis liggen melden zich een paar tegenliggers. Maar wij hadden de sluis al in werking gezet. De volgende vier sluizen in ruim een half uur genomen en nog eens 20 minuten later meren af aan de perfecte kade waarover ik al eerder schreef. Behalve de Tramontane, een vieze oude binnenvaarder, overal kapot, één bonk roest, heel slordig afgemeerd op een stuk kade dat daarvoor niet bedoeld is, ligt er verder helemaal niemand, net als de vorige keer. Het varen vandaag is één groot plezier: een minimum aan geluid zowel binnen als buiten. Alles loopt glad en soepel al nooit tevoren. De avond in de stuurhut vereist wel enige bescherming tegen de muggen en verder zijn er nogal wat vrij grote bruine/groene kevers die fanatiek zoeken naar een lekker beschutte plek om te overwinteren. Sanne treedt daar ongekend agressief tegen op.
Zondag 13 september.
Kort samengevat: ’s nachts is het koud en overdag bloedheet. Nauwelijks fietsers en wandelaars. Iedereen mijdt de hitte. Ook wij doen iets wat we eigenlijk alleen in bijzondere omstandigheden doen: we zetten de stoelen aan de wal op een beschaduwd plekje. Deze week zal de dagtemperatuur de hele week omstreeks de 35 graden zijn, terwijl het ’s nachts bijna 20 graden kouder is. Op de namiddag start Sanne het gevecht met de kevers en ik ruim de machinekamer nu helemaal op en vul nog wat koelvloeistof bij. Helaas toch een forse tegenvaller: op de Franse Covid-site zien we dat nu ook “ons” district, Tarn en Garonne, rood ingekleurd staat. Dus extra opletten, we blijven in quarantaine aan boord. Absoluut onduidelijk hoe lang dit gaat duren, maar ‘vluchten kan niet meer’.
Maandag 14 september.
Het enige waar dit weer goed voor is, is om de was te drogen. Als Sanne het 2e laken ophangt is het 1e al nagenoeg droog. De temperatuur tikt vandaag de 38 graden aan. Direct na de lunch de voorraad vloertegels met de nodige moeite uit de voorraadbak tevoorschijn gehaald, lag onder de reserveschroef van zo’n 40 kg. Helaas zit er niet een passend stuk bij om als vervanging te dienen voor een tegel net vóór de koelkast waarin een grote olievlek zit. Dus Sanne gaat nogmaals proberen om dan die vlek er maar uit te krijgen. Verder is ze ontzettend druk met het bestrijden van de “grote bruine kever” plaag. Omstreeks 5 uur krijgen we gezelschap, een Frans bootje, bepakt en bezakt, werkelijk, een oude uitdragerij is er nog heilig bij. Als echte Franse bootjesmensen: ze blijven alleen aan boord en maken geen enkel contact. Even later komt nog een klein modern jachtje vóór ons liggen, waarvan de Franse eigenaar pas na 2 uur door heeft hoe het elektra-systeem werkt. Het staat n.b. in 6 verschillende talen op de distributeur. Dus hebben wij de volgende dag weer gratis stroom!
Dinsdag 15 september.
Zelfde verhaal. Bloedheet, de twee franse jachten zijn om half 10 al onderweg naar hun volgende bestemming. Ondanks de hitte zien we kans het vrij boord aan bakboord grondig te poetsen en in de was te zetten. Sanne in voortdurend gevecht met de kevers. Stoelen op de wal in de schaduw. We maken plannen, die daarna blijken niet door te kunnen gaan nu ook Nederland het district Tarn et Garonne in de Covidban heeft gedaan. Vermoedelijk wordt het quarantaine in Driebergen. Maar nu kunnen we slechts uiterst voorzichtig zijn. En dan, net een paar minuten over 19 uur wacht ons een bijzondere verrassing: de Villa Luise komt uit de sluis, meert vóór ons af en is van plan hier een poosje te blijven. De eerste goede kennissen sinds maanden. Het gaat nog gezellig worden. Wordt vervolgd.