REIS 2009
VRIJDAG 12 JUNI TOT EN MET ZONDAG 21 JUNI
Inderdaad, vandaag (vrijdag 12) schitterend weer. S. laat de wasmachine overuren draaien.
De Progres liet gisteren weten dat ze een stuk of wat sluisjes achter ons liggen en daar het weekend blijven. Maar wij weten dat de schipper jarig is, dus een goede reden om tegen borreltijd de fiets te pakken en hen op te zoeken.
Die avond is het pleintje aan de haven fel verlicht en blijkt er een petanque tournooi te zijn. Er wordt fanaat en luidruchtig gespeeld tot middernacht, dan dooft de verlichting, trekken de spelers zich terug in de plaatselijke kroeg en laten ons de stilte.
Zaterdagochtend moeten we om 9 uur allemaal losmaken en gaan varen, omdat de kade waar we aan liggen eigenlijk van een bootverhuurbedrijf is en de huurboten die nu terugkomen (het is wisseldag) er moeten liggen. Maar onze vaarvreugde is van korte duur. Een uurtje later, deelt een sluiswachter mee dat we vermoedelijk de volgende sluis vandaag (en mogelijk ook morgen) niet kunnen passeren: “grève”. Eerlijk gezegd wel een paar jaar geleden dat we dat eerder meemaakten. Maar in Frankrijk moet je er altijd rekening mee houden. Het enig spannende is dan altijd, hoelang gaat het duren. Meestal wordt er maar 1 of 2 dagen gestaakt, maar je weet het nooit zeker. Nou ja, de aanlegplek was goed, het weer prima en voorlopig nog genoeg te lezen.
De volgende ochtend verschijnt er een vrolijke sluiswachter met de vraag of we gisteren een rustige dag gehad hebben en de mededeling dat de vaart vandaag weer normaal is. Een paar uur later meren we af in Gardouch, ook al zo’n minidorpje aan het kanaal met enkele tientallen meters kade. Achter ons meert de Allegro af en daarachter een huurboot. Na de lunch verwijnt de huurboot en kan de Winterthur, die bij ons opzij was gekomen, op die plek liggen. Daarmee is de kade dus vol. We bijven maar een dagje extra in deze oase. De middag daarop arriveert de Progres, die duidelijk aan een inhaalrace bezig is en gaat bij de Winterthur opzij. We proberen met vereende krachten de mast van de Progres overeind te zetten (daar is vorige week een windmolen op geinstalleerd) en dat lukt uiteindelijk ook wel, maar de conclusie is toch dat er wat extra voorzieningen aangebracht moeten worden voordat H.& C. dat klusje samen zullen kunnen klaren.
Dinsdagochtend vertrekken wij naar Ayguesvives, de Winterthur vaart iets verder door naar Montgiscard en de Progress blijft nog een dagje liggen. Best wel grappig, zo vaar je dan weer alleen, dan weer met deze of gene samen. Soms zie je elkaar weken niet, dan weer dagen achtereen elke dag, maar iedereen trekt altijd zijn eigen plan. Met regelmaat doe je weer nieuwe kennissen op. Soms (gelukkig) zie je ook dagen lang eigenlijk niemand als je ergens in the middle of nowhere gaat liggen.
(Voor een foto van die schitterende plek bij Ayguesvives zie het verslag van het vorig jaar).
Woensdag varen we naar Vic, met een redelijk mooie stenen kade net voor de sluis, maar bijna volledig overwoekerd met hoog gras en allerlei onkruid en naar later (op de avond) blijkt met veel vliegend en stekend ongedierte. Ongetwijfeld is ook het vochtige, warme weer daar debet aan. Maar we lopen wel aardig wat steken op.
Donderdagochtend door naar Toulouse. De laatste 8 km tot aan de jachthaven in het centrum ligt al sinds jaren aan een kant vol met hier en daar wel een enkel aardig bootje, maar voornamelijk met spul varierend van ongelooflijke rotzooi tot puur wrakhout. Het schijnt niemand te deren.
Dit stuk is vrij smal en tot overmaat van ramp zijn ze er ook nog aan het baggeren, waarbij ze overigens talloze fietsen, motoren, koelkasten, winkelwagentjes en wat niet allemaal naar boven halen. Het lijkt Utrecht wel. Tot 2 keer toe hebben we bijna een aanvaring met een duwertje met een geladen bak met bagger en zooi die zonder ook maar iets snelheid te minderen doorvoeren in het hier toch al smalle kanaal . Die lieden hebben absoluut geen benul van wat ze veroorzaken, eentje liet nog hooguit 20 cm tussen de bak en ons bootje, terwijl ik strak tegen de (gelukkig al gebaggerde) kant lag.
Overigens wel een heel apart baggerscheepje, waar we ook maar net voorbij konden komen.
Het is maar goed dat we gereserveerd hebben in de haven van Toulouse, Port Saint Sauveur: het is er bomvol, nog nooit zo druk gezien. Maar de altijd vriendelijke Sylvianne heeft het weer uitstekend voor elkaar en we krijgen alle 3 een prima plek. Werkelijk fantastisch zoals Sylvianne deze haven bestiert. Ik heb ze overigens nog nooit zo druk gezien met het vriendelijk doch zeer gedecideerd wegsturen van allerlei lieden die proberen aan te leggen maar niet gereserveerd hebben. Overigens opvallend: er liggen dit weekend maar liefst 8 Nederlanders in deze haven, het aantal Engelsen neemt duidelijk af. Slaat de crisis bij hen toch harder toe als bij ons?
Het weekend wordt doorgebracht met zo nu en dan een drankje bij en met de diverse goede bootjesvrienden, bezoekjes aan de stad, een heerlijk etentje met Sj.&L. in een prima restaurantje vlak bij de haven (Bistrot de l’Etoile, een aanrader), kennismaken en babbelen met andere havenbezoekers en natuurlijk een uitgebreid bezoek aan de grote zondagmarkt.
Zaterdagavond verrassen Sj.&L. de kleine vriendenkring met een heerlijke frites-maaltijd. Ja, we zijn vandaag al weer 2 maanden onderweg en dit waren dus onze eerste frieten. We blijven toch ook nog een beetje Hollanders.
Komende week trekken we weer verder, richting Moissac.
Tot slot van dit bericht even heel iets anders: ik zou eigenlijk best graag een indruk willen hebben of er mensen zijn die met enige regelmaat dit verhaal volgen. Log in en geef een reactie, of stuur direct een mailtje.