Dinsdag 24 juli.
Vandaag niet veel bijzonders te melden.Het weer is overwegend zonnig en aangenaam warm. Om de zoveel tijd staat er een sluis op dubbel rood, maar bijna steeds is de VNF er redelijk snel bij. Onbegrijpelijk dat zoveel mensen toch fouten blijven maken bij het passeren van sluizen: te vroeg invaren, te vroeg uitvaren, proberen te varen als er nog niet of niet meer gevaren mag worden (tussen 7 en 9 uur en 18 en 19 uur mag alleen de beroepsvaart schutten). Elke foute handeling leidt er toe dat de sluis geblokkeerd raakt. Het meest lastige is dan om aan de kant te komen zodat je naar de sluis kunt lopen en daar via de intercom “de service” op te roepen. Aanlegplekken vóór de sluis zijn een uitzondering, ondiepe kanten met grote stenen net onder water en veel brandnetels op de kant zijn dat bepaald niet.
We leggen bijtijds aan op een mooie plek met een prachtig uitzicht over het Moezeldal en genieten van de rust en de zon. Eind van de middag wordt die rust wreed verstoord door de komst van een combine die het naastgelegen roggeland begint te maaien. Het lawaai is tot daar aan toe, maar het stof is alles doordringend. Enige uren later is het maaien gedaan, kunnen de ramen weer open, kan het schip geveegd worden en keert de rust weer.
3 Uur gevaren, 6 sluizen en 15 km.
Woensdag 25 juli.
Op tijd de touwe los en varen vlotjes door naar Charmes. We verwachten een volle kade en dat is ook zo, maar na het nodige gefrunnik kunnen we net voor de brug afmeren, mede dankzij de Jobje uit Hellevoetsluis die zijn boot maximaal naar achteren verhaalt. We hopen maar dat de jeugd zich niet gaat misdragen: het gooien van lege flessen vanaf de brug op schepen is hier en daar geen onbekende sport: het blijkt eergisteren de Jobje ook overkomen te zijn toen hij op deze plek lag, maar gelukkig vertelt hij ons dat pas de volgende dag als hij vertrekt en wij een stuk naar achteren kunnen verhalen. Het probleem van bijna al deze kades is dat er steeds meer grote boten (van 20 tot 30 meter lengte) liggen die continue bewoond worden en vaak maanden blijven liggen, waardoor er bijna geen plekjes voor passanten meer overblijven. En natuurlijk: hoe goedkoper de kade, hoe groter de kans dat dit gebeurt. Wij betalen 7 euro per nacht inclusief water en elektriciteit, maar een schip van de dubbele lengte betaalt precies hetzelfde.
Overigens is Charmes duidelijk zeer geliefd bij campers, ze rijden af en aan, er staan er zeker wel een stuk of 80. Bijzonder zijn wel de aanhangers, soms met 1 of 2 motoren, maar ook regelmatig met miniauto’s en zelfs eentje met een zweefvliegtuig. Vandaag een prachtige zonnige dag, voor Sanne iets te heet, maar dat gaat nog wel wennen (hopen we).
Vaartijd 4 uur, 9 sluizen, 16 km.
Donderdag 26 juli.
Prachtige dag. Vriend Herman zou zeggen: “bloedverziekend heet”. De Jobje vertrekt en wij verhalen een stuk naar achteren, verder weg van de brug. Het is te warm om iets te doen en daar passen we ons zonder veel moeite aan aan. Elke avond omstreeks 18 uur komt hier een pizzaboer langs met een soort ijscokarretje, deelt aan belangstellenden de menukaart (in 4 talen beschikbaar) uit, komt even later de bestellingen opnemen, waarna je anderhalf uur later een voortreffelijk pizza afgeleverd krijgt.
Vrijdag 27 juli.
Op tijd weg naar Thaon les Vosges. Tot onze verrassing blijkt de kade daar helemaal leeg. Het weer slaat om, in de namiddag regenbuien en onweer. Naast de kade ligt een enorme jeu de boules baan en het is altijd erg vermakelijk te zien met hoeveel fanatisme en bepaald niet zwijgzaam deze sport hier beoefend wordt. De pensioen gerechtigde leeftijd lijkt overigens hier ergens in de buurt van de 55 te liggen.
In de avond zit ik gelukkig nog in het donker in de stuurhut als er plotseling een stuk of 5 jongelui opdoemen die volkomen verrast een paar stappen terugdeinzen als ik ploseling in het gangboord sta. Jachten losgooien is in sommige plaatsen een speciaal vermaak van de jeugd. Na een discussie van een half uur gaan ze er van door. Even daarna zie ik hoe ze in een paar seconden de halve schutting van een kinderspeelplaats in elkaar trappen. Een kwartier later verschijnt de politie die na enkele seconden door rijdt en 10 minuten later met 2 auto’s terugkomt om uitgebreid de schade op te nemen. Een zeer dreigende volgende onweersbui doet tenslotte de rust terugkeren. Maar al met al was het inmiddels half twee.
Vaartijd 4 uur, 11 sluizen, 18 km.
Zaterdag 28 juli.
In soms wat hardere dan weer wat zachtere regen doorgevaren naar Epinal. Benieuwd of daar plaats is. Het toegangs kanaal naar Epinal verdient die naam eigenlijk niet, het is meer een sloot. Volgens de VNF 1.60 meter diep, maar de werkelijkheid is volgens mij 1.20 meter water boven 30 cm blubber. Ik moet de motor onder het minimum toerental houden om vooruit te komen en regelmatig de schroef uit z’n werk zetten. Maar na 3 kwartier ploegen zijn we er en leggen aan aan het laatste steigertje dat nog vrij is. Sanne gaat nog even de stad in om onder meer wat foto’s te maken van de 90 m2 gebrandschilderde ramen van de Notre Dame au Cierge en geniet tevens van een orgelconcert dat daar net begint.
Tegen 6 uur krijgen wij bijna tropisch noodweer. Als we om half acht in het havenrestaurant willen gaan eten gaat dat mooi niet door. Restaurant, het terras, de keuken, alles staat blank, de brandweer is druk doende alles weer droog te krijgen, maar slaagt daar vooralsnog niet in. Tijdens de nacht herhaalt dat hele feest zich nog een keer. Een bootvakantie heeft toch zo zijn voordelen, je blijft drijven. Behalve als …….. zie zaterdag 4 augustus.
Vaartijd 2 uur, 5 sluizen, 9 km.
Zondag 29 juli.
Warm, niet erg zonnig, ik doe een aantal klusjes met name wat dingen die na de verbouwing nog niet of niet helemaal naar onze zin/in orde zijn. We lezen wat en deze avond lukt het diner in het restaurant wel.
Maandag 30 juli.
Vroeg op weg, maar helaas net niet vroeg genoeg. Een Duitser vertrekt een paar minuten eerder en is dus ook als eerste bij de sluizentrap: 3 km met 14 opgaande sluizen. De hufter vaart voor ons de eerste sluis in en stelt direct het sluismechanisme in werking. Licht op rood en wij in de achteruit. We hadden er makkelijk samen in gekund. Een Belg die klaarblijkelijk ook ligt te wachten vraagt ons om voor hem te gaan omdat zijn boegschroef kapot is hetgeen voor ons tot veel vertraging zou leiden. We tuffen vervolgens probleemloos het rijtje sluizen door, varen het “bief de partage”, waarnaast ook het stuwmeer van Bouzey ligt dat de watervoorziening van het kanaal regelt, en meren af net voorbij de eerste afgaande sluis aan een prachtige kade bij Girancourt. Zonder voorzieningen, maar wel een supermarkt op een paar honderd meter afstand. Vandaag wisselend bewolkt maar niet koud.
Vaartijd 4.40 uur, 15 sluizen, 18 km.
Dinsdag 31 juli.
We blijven een dagje liggen, lekker geluierd. Het is warm, benauwd weer en in de avond weer een stevig onweer.
Woensdag 1 augustus.
Varen in een paar uur naar sluis no 8, prima kade met bolders, hoger op de helling één huisje met een schitterende bloementuin. Het kanaal voert ons steeds meer door een relatief diepe kloof, de telefoons doen het hier ook niet, dus die kun je beter uitzetten anders zijn de batterijen binnen de kortste keren leeg. Vanaf Girancourt tot Fontenay is er ook geen openbare weg in de buurt. Alleen een keurig geasfalteerd pad voor fietsers en natuurlijk de VNF mensen.
Eind van de middag komt er nog een Fransman en even daarna een Nederlands zeiljacht. Deze laatste heeft duidelijk motorproblemen, vaart nu op een buitenboordje. Bovendien hebben de mensen als vaarkaart een overzichtskaart van de Franse waterwegen, formaat A4 en dus geen idee waar ze zitten en hoeveel sluizen er nog komen etc., etc..Geen benul van wat wel en niet kan of mag of moet of hoort. Ze willen naar de Middellandse zee, maar met een dergelijke voorbereiding zou ik niet eens de haven van Hedel uit durven varen. Voor de rest zeg ik er maar even niets over. Gelukkig heeft de man wel een technische knobbel (Delftenaar sprak hij) en kan al zijn technische problemen zelf oplossen.
Vaartijd 2.20 uur, 7 sluizen en 5 km.
Donderdag 2 augustus.
We geven de Fransman en de Delftenaar maar een ruime voorsprong en vertrekken anderhalf uur later. Dankzij het feit dat ze 2 sluizen op “dubbel rood” hebben gekregen halen we ze net niet in. We wilden eigenlijk onder sluis 16 bij Méloménil bliven liggen om in de ‘ferme auberge’ te gaan eten, maar uiteindelijk blijkt de aanlegplek er niet meer te zijn en zo te zien het restaurant ook niet. Resteert slechts het jeugdsentiment (uit eten met vader en met de kinderen).
Maar datzelfde sentiment voert ons tenslotte naar een plek die wij noemen “de bron van de Baron”. Een werkelijk schitterende plek in de middle of nowhwere, waar we helemaal alleen liggen en genieten van de natuur, de stilte en de donkerte. Wij noemen die plek zo omdat, toen we er voor het eerst lagen, er een klein watervalletje uit de bergwand klaterde en er tevens een prachtig groot schip lag, geheten ‘le Baron’, waarvan de eigenaar zei dat het schip zo heette omdat hij … een baron was. In de namiddag klonk altijd duidelijk hoorbaar maar totaal niet storend Beethoven of Mozart uit zijn schip. Nadien hebben we de baron nooit meer gezien, het watervalletje is er inmiddels ook niet meer. Maar het is een plek waar we samen wel een week zouden willen en kunnen blijven. Maar dan ook alleen samen.
Vaartijd 4.40 uur, 16 sluizen en 12 km.
Vrijdag 3 augustus.
Dit keer beperkt het genoegen zich tot maar één dag, enerzijds omdat het weer niet zo mooi is dat we het met de zonnepanelen kunnen redden, dus stroom nodig hebben, ook om de wasmachine eens duchtig te laten werken en anderzijds omdat we mogelijk dit weekend bezoek krijgen.
Zaterdag 4 augustus.
Varen we daarom in een paar uur naar Fontenoy le Chateau. De kade is vrijwel leeg. Alleen de Fransman van eergisteren en de zeilers met zonder vaarkaart liggen er. En passant zij vermeld dat het kanaal (de l’Est sud dus) redelijk en de omgeving schitterend is opgeknapt. Toch zal er nog veel aan de sluizen moeten gebeuren om te voorkomen dat er weer eens een wand instort of een deur of sluishoofd het begeeft. VNF let op uw zaak.
Eind van de middag komt onze Fransman met een krant met foto’s van een rampzalig ongeluk in de sluis waar we een paar dagen geleden zelf nog zijn geweest. Varen is niet moeilijk maar je moet wel op blijven letten. Want het wel een duidelijke fout van de schipper. Gelukkig geen persoonlijke schade maar de mensen zijn wel alles kwijt.
En Sanne heeft s’avonds alle wasgoed weer schoon en opgeruimd.
Vaartijd 3 uur, 10 sluizen en 10 km.
Zondag 5 augustus.
Het schip krijgt van buiten en van binnen een grote poetsbeurt. En dit logboek/weblog bijgewerkt.
Tot slot nog wat extra foto’s.
maar om wat vrolijker te eindigen:
In de komende weken zijn wij op de Petit Saone, zo tussen Fontenoy le Chateau en Auxonne.
De weersvoorspellingen zijn nu eindelijk voortreffelijk, dus elke avond zomerbijeenkomst, buiten met een drankje en een hapje. Wie gaan we ontmoeten.